Onze varkens zijn misschien wel de bekendste bewoners van onze ecologische boerderij. Vanaf de weg bij het spoor wachten ze je al op bij de modderpool. Wij leggen onze varkens graag in de watten. Dat heeft natuurlijk alles te maken met onze biologische visie. Buiten het feit dat ze meer lig- en loopruimte in de stallen hebben en biologisch geproduceerd voer krijgen, hebben wij een heuse skybox voor ze ingericht. Vanuit de skybox kun je de vleesvarkens goed bekijken. En de varkens kunnen heerlijk relaxen in een lekker strobed. Ook hebben wij onze varkens getrakteerd op een grote modderpoel. Hierin kunnen ze met zo’n allen lekker liggen en wroeten. Wist je dat zo’n modderpoel ook goed is voor de huid van de varkens? Zo hebben ze geen last van schurft en luizen.
Op ons bedrijf hebben wij 110 fokzeugen en 700 vleesvarkens. Een fokzeug, ook wel moedervarken genoemd, heeft een draagtijd van 115 dagen. Een fokzeug krijgt twee maal per jaar een koppel of worp biggen. De biggen, vaak zón 10 á 12 stuks, worden geboren in het kraamhok. Daar blijven moeder en haar biggen minimaal 45 dagen bij elkaar. Vervolgens gaan de biggen naar een aparte ruimte om te groeien tot een vleesvarken. Doordat de biologische vleesvarkens rustig groeien heeft het vlees een heerlijke smaak.
Wij maken geen gebruik van hormonen en preventieve antibiotica. Het mooie is dat wij het voer voor de varkens deels zelf telen. Het voer bestaat uit voergerst, voertarwe, rogge, kuilgras en resten. De rest van het voer kopen we van een biologisch gecertificeerd mengvoederbedrijf.
Merk Bio+
Elke 10 dagen gaan er een aantal varkens naar De Groene Weg slagerij. Wil je dit vlees eens proeven? Je herkent het in de supermarkt aan het merk BIO+ en verder is het vlees verkrijgbaar bij de ambachtelijke De Groene Weg Slagerijen. En natuurlijk verkopen wij het vlees van de varkens en koeien in onze boerderijwinkel. Kom eens proeven. Dat wordt smullen thuis.
Verschil biologisch varken
Het eerste wat opvalt als je een biologisch varken vergelijkt met een gewoon varken, is de krulstaart. De staart van een biologisch varken mag namelijk gewoon blijven zitten. En ook de tanden worden niet afgeslepen. Een van de grootste problemen bij het houden van gewone varkens is dat ze zich gaan vervelen en elkaar gaan bijten. Omdat biologische varkens volop ruimte hebben en ze met elkaar kunnen spelen in een stal met stro is de kans op verveling heel klein. Hierdoor is het verwijderen van de krulstaart niet nodig.
Het grootste verschil
Het grootste verschil tussen beide varkens is wel de manier van leven, het voer dat ze krijgen en de wijze waarop dat voer verbouwd is. Wij verbouwen zelf het graan wat wij aan de varkens voeren, uiteraard biologisch en gentech vrij. En de mest van de varkens gebruiken wij om het land te bemesten. Daarmee is de natuurlijke kringloop weer rond. En dan is er natuurlijk de ruimte die biologische varkens hebben. Onze zeugen kunnen lekker naar buiten en met z’n allen in de modderpoel wroeten. Misschien is dat beeld van al die varkens in de modderpoel nog wel het mooiste van allemaal.
